De Koran

47 ٤٧

Deze Medinaanse soera, die haar titel heeft gekregen van de naam van de Profeet in vers 2, bespreekt de etiquette van vechten op het slagveld. De trouwe gelovigen worden verschillende soorten rivieren en lekkernijen beloofd in het Paradijs, terwijl de ongelovigen en huichelaars worden gewaarschuwd voor een slecht lot. Om de beloning van hun goede daden te behouden, worden de gelovigen aangespoord om te strijden op de Weg van Allāh en te doneren voor Zijn zaak, wat leidt tot de duidelijke overwinning in de volgende soera.

In de naam van Allāh, de Meest Barmhartige, de Meest Genadevolle.
1. Degenen die ongelovig zijn en afhouden van de weg van Allāh: Hij zal hun werken verloren doen gaan. 2. Maar degenen die geloven en goede werken verrichten en die geloven in wat aan Mohammed is neergezonden - en het is de waarheid van hun Heer: Hij zal hun zonden uitwissen en hun toestand verbeteren. 3. Dat is omdat degenen die ongelovig zijn de valsheid volgen, terwijl degenen die gelovig zijn de waarheid van hun Heer volgen. Zo maakt Allāh voor de mensen vergelijkingen.
ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ وَصَدُّوا۟ عَن سَبِيلِ ٱللَّهِ أَضَلَّ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿١﴾ وَٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ وَعَمِلُوا۟ ٱلصَّـٰلِحَـٰتِ وَءَامَنُوا۟ بِمَا نُزِّلَ عَلَىٰ مُحَمَّدٍۢ وَهُوَ ٱلْحَقُّ مِن رَّبِّهِمْ ۙ كَفَّرَ عَنْهُمْ سَيِّـَٔاتِهِمْ وَأَصْلَحَ بَالَهُمْ ﴿٢﴾ ذَٰلِكَ بِأَنَّ ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ ٱتَّبَعُوا۟ ٱلْبَـٰطِلَ وَأَنَّ ٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ ٱتَّبَعُوا۟ ٱلْحَقَّ مِن رَّبِّهِمْ ۚ كَذَٰلِكَ يَضْرِبُ ٱللَّهُ لِلنَّاسِ أَمْثَـٰلَهُمْ ﴿٣﴾
4. Wanneer jullie degenen die ongelovig zijn (op het slagveld) ontmoeten: dood hen. Wanneer jullie hen verslagen hebben: bind (de gevangenen) dan stevig vast, of laat (hen) vrij of vrij (na) een losgeld, tot de oorlog voorbij is. Zo is het. En als Allāh het wil, dan vernietigt Hij hen zeker. Maar Hij wil een groep van jullie beproeven met een andere groep. En degenen die gedood worden op de weg van Allāh: Hij doet hun werk nooit verloren gaan. 5. Hij leidt hen en verbetert hun toestand. 6. En Hij doet hen het Paradijs binnengaan dat Hij aan hen bekend heeft gemaakt.
فَإِذَا لَقِيتُمُ ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ فَضَرْبَ ٱلرِّقَابِ حَتَّىٰٓ إِذَآ أَثْخَنتُمُوهُمْ فَشُدُّوا۟ ٱلْوَثَاقَ فَإِمَّا مَنًّۢا بَعْدُ وَإِمَّا فِدَآءً حَتَّىٰ تَضَعَ ٱلْحَرْبُ أَوْزَارَهَا ۚ ذَٰلِكَ وَلَوْ يَشَآءُ ٱللَّهُ لَٱنتَصَرَ مِنْهُمْ وَلَـٰكِن لِّيَبْلُوَا۟ بَعْضَكُم بِبَعْضٍۢ ۗ وَٱلَّذِينَ قُتِلُوا۟ فِى سَبِيلِ ٱللَّهِ فَلَن يُضِلَّ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿٤﴾ سَيَهْدِيهِمْ وَيُصْلِحُ بَالَهُمْ ﴿٥﴾ وَيُدْخِلُهُمُ ٱلْجَنَّةَ عَرَّفَهَا لَهُمْ ﴿٦﴾
7. O jullie die geloven, als jullie (de godsdienst van) Allāh helpen, dan zal Hij jullie helpen en jullie voeten stevig (op het slagveld) plaatsen. 8. En degenen die niet geloofden, vernietiging is er voor hen! En Hij doet hun werken verloren gaan. 9. Dat is omdat zij haatten wat Allāh heeft neergezonden, dus maakte Hij hun daden vruchteloos. 10. Reizen zij dan niet op de aarde, zodat zij zien hoe het einde was vast degenen vóór hen? Allāh vernietigde hen. En de ongelovigen wacht hetzelfde. 11. Dat is omdat Allāh de Beschermer van degenen die geloven is, en omdat er voor de ongelovigen geen beschermer is.
يَـٰٓأَيُّهَا ٱلَّذِينَ ءَامَنُوٓا۟ إِن تَنصُرُوا۟ ٱللَّهَ يَنصُرْكُمْ وَيُثَبِّتْ أَقْدَامَكُمْ ﴿٧﴾ وَٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ فَتَعْسًۭا لَّهُمْ وَأَضَلَّ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿٨﴾ ذَٰلِكَ بِأَنَّهُمْ كَرِهُوا۟ مَآ أَنزَلَ ٱللَّهُ فَأَحْبَطَ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿٩﴾ أَفَلَمْ يَسِيرُوا۟ فِى ٱلْأَرْضِ فَيَنظُرُوا۟ كَيْفَ كَانَ عَـٰقِبَةُ ٱلَّذِينَ مِن قَبْلِهِمْ ۚ دَمَّرَ ٱللَّهُ عَلَيْهِمْ ۖ وَلِلْكَـٰفِرِينَ أَمْثَـٰلُهَا ﴿١٠﴾ ذَٰلِكَ بِأَنَّ ٱللَّهَ مَوْلَى ٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ وَأَنَّ ٱلْكَـٰفِرِينَ لَا مَوْلَىٰ لَهُمْ ﴿١١﴾
12. Voorwaar, Allāh zal degenen die geloven en goede werken verrichten doen binnengaan in Tuinen (het Paradijs) waar onderdoor de rivieren stromen, terwijl degenen die ongelovig zijn (van het wereldse leven) genieten en eten zoals het vee eet. De Hel zal hun verblijfplaats zijn.
إِنَّ ٱللَّهَ يُدْخِلُ ٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ وَعَمِلُوا۟ ٱلصَّـٰلِحَـٰتِ جَنَّـٰتٍۢ تَجْرِى مِن تَحْتِهَا ٱلْأَنْهَـٰرُ ۖ وَٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ يَتَمَتَّعُونَ وَيَأْكُلُونَ كَمَا تَأْكُلُ ٱلْأَنْعَـٰمُ وَٱلنَّارُ مَثْوًۭى لَّهُمْ ﴿١٢﴾
13. En hoeveel steden zijn er niet sterker dan de stad die jou (o Mohammed) heeft verdreven? Wij hebben hen vernietigd en er was geen helper voor hen. 14. Is hij die zich op een duidelijk bewijs van zijn Heer beroept, gelijk aan degene wiens slechte daden schoonschijnend zijn gemaakt (door de Satan) en die zijn begeerten volgt?
وَكَأَيِّن مِّن قَرْيَةٍ هِىَ أَشَدُّ قُوَّةًۭ مِّن قَرْيَتِكَ ٱلَّتِىٓ أَخْرَجَتْكَ أَهْلَكْنَـٰهُمْ فَلَا نَاصِرَ لَهُمْ ﴿١٣﴾ أَفَمَن كَانَ عَلَىٰ بَيِّنَةٍۢ مِّن رَّبِّهِۦ كَمَن زُيِّنَ لَهُۥ سُوٓءُ عَمَلِهِۦ وَٱتَّبَعُوٓا۟ أَهْوَآءَهُم ﴿١٤﴾
15. Is het (geluk van) het Paradijs dat aan de moettaqōen beloofd is, waarin rivieren zijn met versblijvend water, en van melk waarvan de smaak niet verandert, en rivieren van Khamr, als een genieting voor hen die drinken, en rivieren van zuivere honing, en waarin voor hen allerlei vruchten zijn en vergeving van hun Heer; gelijk (aan de ellende van) hen die eeuwig levenden in de Hel zijn, in wie kokend water wordt gegoten, dat hun ingewanden dan aan stukken snijdt?
مَّثَلُ ٱلْجَنَّةِ ٱلَّتِى وُعِدَ ٱلْمُتَّقُونَ ۖ فِيهَآ أَنْهَـٰرٌۭ مِّن مَّآءٍ غَيْرِ ءَاسِنٍۢ وَأَنْهَـٰرٌۭ مِّن لَّبَنٍۢ لَّمْ يَتَغَيَّرْ طَعْمُهُۥ وَأَنْهَـٰرٌۭ مِّنْ خَمْرٍۢ لَّذَّةٍۢ لِّلشَّـٰرِبِينَ وَأَنْهَـٰرٌۭ مِّنْ عَسَلٍۢ مُّصَفًّۭى ۖ وَلَهُمْ فِيهَا مِن كُلِّ ٱلثَّمَرَٰتِ وَمَغْفِرَةٌۭ مِّن رَّبِّهِمْ ۖ كَمَنْ هُوَ خَـٰلِدٌۭ فِى ٱلنَّارِ وَسُقُوا۟ مَآءً حَمِيمًۭا فَقَطَّعَ أَمْعَآءَهُمْ ﴿١٥﴾
16. En onder hen zijn er die naar jou luisteren; maar wanneer zij bij jou weggaan, zeggen zij tot degenen aan wie de kennis is gegeven (de metgezellen van de Profeet): "Wat zei hij daarnet?" Zij zijn degenen wiens harten Allāh heeft verzegeld en die hun begeerten volgen. 17. Maar degenen die de leiding volgden: Hij vermeerderde hun leiding en Hij gaf hun hun vrees (voor Hem). 18. Zij (de ongelovigen) wachten slechts op het Uur dat plotseling tot hen zal komen. Voorzeker, de Tekenen ervan zijn al gekomen. Hoe kunnen zij wanneer (het Uur) tot hen komt, dan nog hun vermaning krijgen?
وَمِنْهُم مَّن يَسْتَمِعُ إِلَيْكَ حَتَّىٰٓ إِذَا خَرَجُوا۟ مِنْ عِندِكَ قَالُوا۟ لِلَّذِينَ أُوتُوا۟ ٱلْعِلْمَ مَاذَا قَالَ ءَانِفًا ۚ أُو۟لَـٰٓئِكَ ٱلَّذِينَ طَبَعَ ٱللَّهُ عَلَىٰ قُلُوبِهِمْ وَٱتَّبَعُوٓا۟ أَهْوَآءَهُمْ ﴿١٦﴾ وَٱلَّذِينَ ٱهْتَدَوْا۟ زَادَهُمْ هُدًۭى وَءَاتَىٰهُمْ تَقْوَىٰهُمْ ﴿١٧﴾ فَهَلْ يَنظُرُونَ إِلَّا ٱلسَّاعَةَ أَن تَأْتِيَهُم بَغْتَةًۭ ۖ فَقَدْ جَآءَ أَشْرَاطُهَا ۚ فَأَنَّىٰ لَهُمْ إِذَا جَآءَتْهُمْ ذِكْرَىٰهُمْ ﴿١٨﴾
19. Weet dat er geen god is dan Allāh en vraag om vergeving voor jouw zonden en voor (de zonden van) de gelovige mannen en de gelovige vrouwen. En Allāh kent jullie bezigheden (op aarde) en jullie verblijfplaats (in het Hiernamaals).
فَٱعْلَمْ أَنَّهُۥ لَآ إِلَـٰهَ إِلَّا ٱللَّهُ وَٱسْتَغْفِرْ لِذَنۢبِكَ وَلِلْمُؤْمِنِينَ وَٱلْمُؤْمِنَـٰتِ ۗ وَٱللَّهُ يَعْلَمُ مُتَقَلَّبَكُمْ وَمَثْوَىٰكُمْ ﴿١٩﴾
20. En degenen die geloven zeggen: "Was er maar een Soera neergezonden (die het voeren van oorlog beveelt). Maar wanneer dan een onweerlegbare (Moehkamah) Soera wordt neergezonden, waarin (het bevel tot) oorlog wordt genoemd, dan zie jij degenen in wier harten een ziekte is, naar jou kijken met de blik van degene die in zwijm dreigt te vallen uit doodsangst. Wee hen! 21. Gehoorzaamheid en een juist woord (zouden beter zijn). Wanneer dan de zaak (van het bevel tot oorlog) is besloten, (dan hebben zij er een afkeer van). Maar als zij oprecht zouden zijn tegenover Allāh, dan zou dat beter voor hen zijn. 22. Het kan zijn, als jullie je afwenden, dat jullie verderf zaaien op de aarde en jullie familiebanden verbreken. 23. Zij zijn degenen die Allāh vervloekt heeft en die Hij doof gemaakt heeft, en Hij heeft hun ogen blind gemaakt. 24. Denken zij niet na over de Koran? Er zijn zelfs sloten op hun harten.
وَيَقُولُ ٱلَّذِينَ ءَامَنُوا۟ لَوْلَا نُزِّلَتْ سُورَةٌۭ ۖ فَإِذَآ أُنزِلَتْ سُورَةٌۭ مُّحْكَمَةٌۭ وَذُكِرَ فِيهَا ٱلْقِتَالُ ۙ رَأَيْتَ ٱلَّذِينَ فِى قُلُوبِهِم مَّرَضٌۭ يَنظُرُونَ إِلَيْكَ نَظَرَ ٱلْمَغْشِىِّ عَلَيْهِ مِنَ ٱلْمَوْتِ ۖ فَأَوْلَىٰ لَهُمْ ﴿٢٠﴾ طَاعَةٌۭ وَقَوْلٌۭ مَّعْرُوفٌۭ ۚ فَإِذَا عَزَمَ ٱلْأَمْرُ فَلَوْ صَدَقُوا۟ ٱللَّهَ لَكَانَ خَيْرًۭا لَّهُمْ ﴿٢١﴾ فَهَلْ عَسَيْتُمْ إِن تَوَلَّيْتُمْ أَن تُفْسِدُوا۟ فِى ٱلْأَرْضِ وَتُقَطِّعُوٓا۟ أَرْحَامَكُمْ ﴿٢٢﴾ أُو۟لَـٰٓئِكَ ٱلَّذِينَ لَعَنَهُمُ ٱللَّهُ فَأَصَمَّهُمْ وَأَعْمَىٰٓ أَبْصَـٰرَهُمْ ﴿٢٣﴾ أَفَلَا يَتَدَبَّرُونَ ٱلْقُرْءَانَ أَمْ عَلَىٰ قُلُوبٍ أَقْفَالُهَآ ﴿٢٤﴾
25. Voorwaar, degenen die afvallig werden nadat de leiding voor hen duidelijk was geworden: de Satan maakte (hun daden) schoonschijnend voor hen en bedroog hen. 26. Dat is omdat zij tot degenen die haatten wat Allāh heeft neergezonden (de joden), zeiden: "Wij zullen jullie gehoorzamen in sommige zaken." Maar Allāh kent hun geheimen. 27. Hoe zal het zijn wanneer de engelen hen wegnemen en hun gezichten en hun ruggen slaan? 28. Dat is omdat zij dat wat de toorn van Allāh opwekte volgden en zij dat wat Zijn behagen opwekte haatten. Toen deed Allāh hun werken verloren gaan.
إِنَّ ٱلَّذِينَ ٱرْتَدُّوا۟ عَلَىٰٓ أَدْبَـٰرِهِم مِّنۢ بَعْدِ مَا تَبَيَّنَ لَهُمُ ٱلْهُدَى ۙ ٱلشَّيْطَـٰنُ سَوَّلَ لَهُمْ وَأَمْلَىٰ لَهُمْ ﴿٢٥﴾ ذَٰلِكَ بِأَنَّهُمْ قَالُوا۟ لِلَّذِينَ كَرِهُوا۟ مَا نَزَّلَ ٱللَّهُ سَنُطِيعُكُمْ فِى بَعْضِ ٱلْأَمْرِ ۖ وَٱللَّهُ يَعْلَمُ إِسْرَارَهُمْ ﴿٢٦﴾ فَكَيْفَ إِذَا تَوَفَّتْهُمُ ٱلْمَلَـٰٓئِكَةُ يَضْرِبُونَ وُجُوهَهُمْ وَأَدْبَـٰرَهُمْ ﴿٢٧﴾ ذَٰلِكَ بِأَنَّهُمُ ٱتَّبَعُوا۟ مَآ أَسْخَطَ ٱللَّهَ وَكَرِهُوا۟ رِضْوَٰنَهُۥ فَأَحْبَطَ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿٢٨﴾
29. Of dachten zij in wier harten een ziekte is, dat Allāh hun afgunst niet zou onthullen? 30. Als Wij het zouden willen, dan zouden Wij het jullie tonen. Zodat jij de tekenen ervan zeker zou kennen en jij die zeker zou herkennen door hun zinspelingen. En Allāh kent jullie daden.
أَمْ حَسِبَ ٱلَّذِينَ فِى قُلُوبِهِم مَّرَضٌ أَن لَّن يُخْرِجَ ٱللَّهُ أَضْغَـٰنَهُمْ ﴿٢٩﴾ وَلَوْ نَشَآءُ لَأَرَيْنَـٰكَهُمْ فَلَعَرَفْتَهُم بِسِيمَـٰهُمْ ۚ وَلَتَعْرِفَنَّهُمْ فِى لَحْنِ ٱلْقَوْلِ ۚ وَٱللَّهُ يَعْلَمُ أَعْمَـٰلَكُمْ ﴿٣٠﴾
31. En Wij zullen jullie zeker beproeven, totdat Wij toetsen wie van jullie de strijders en de geduldigen zijn. En Wij beproeven jullie daden.
وَلَنَبْلُوَنَّكُمْ حَتَّىٰ نَعْلَمَ ٱلْمُجَـٰهِدِينَ مِنكُمْ وَٱلصَّـٰبِرِينَ وَنَبْلُوَا۟ أَخْبَارَكُمْ ﴿٣١﴾
32. Voorwaar, degenen die niet geloven en die afhouden van de weg van Allāh en die de Boodschapper tegenstreven nadat de leiding hun duidelijk was geworden zullen Allāh nooit iets kunnen schaden. En Hij zal hun werken vruchteloos maken.
إِنَّ ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ وَصَدُّوا۟ عَن سَبِيلِ ٱللَّهِ وَشَآقُّوا۟ ٱلرَّسُولَ مِنۢ بَعْدِ مَا تَبَيَّنَ لَهُمُ ٱلْهُدَىٰ لَن يَضُرُّوا۟ ٱللَّهَ شَيْـًۭٔا وَسَيُحْبِطُ أَعْمَـٰلَهُمْ ﴿٣٢﴾
33. O jullie die geloven, gehoorzaam Allāh en gehoorzaam de Boodschapper en maak jullie werken niet nietig. 34. Voorwaar, degenen die ongelovig zijn en die afhouden van de weg van Allāh en die dan sterven terwijl zij ongelovigen zijn: Allāh zal hen nooit vergeven. 35. Wees daarom niet vernederd en roep niet op tot vrede terwijl jullie de overhand hebben. En Allāh is met jullie. En Hij benadeelt jullie nooit (in de beloning) voor jullie werken.
يَـٰٓأَيُّهَا ٱلَّذِينَ ءَامَنُوٓا۟ أَطِيعُوا۟ ٱللَّهَ وَأَطِيعُوا۟ ٱلرَّسُولَ وَلَا تُبْطِلُوٓا۟ أَعْمَـٰلَكُمْ ﴿٣٣﴾ إِنَّ ٱلَّذِينَ كَفَرُوا۟ وَصَدُّوا۟ عَن سَبِيلِ ٱللَّهِ ثُمَّ مَاتُوا۟ وَهُمْ كُفَّارٌۭ فَلَن يَغْفِرَ ٱللَّهُ لَهُمْ ﴿٣٤﴾ فَلَا تَهِنُوا۟ وَتَدْعُوٓا۟ إِلَى ٱلسَّلْمِ وَأَنتُمُ ٱلْأَعْلَوْنَ وَٱللَّهُ مَعَكُمْ وَلَن يَتِرَكُمْ أَعْمَـٰلَكُمْ ﴿٣٥﴾
36. Voorwaar, het wereldse leven is slechts spel en vermaak. Maar als jullie geloven en (Allāh) vrezen, dan zal Hij jullie je beloningen geven en Hij zal niet om jullie bezittingen vragen. 37. Als Hij jullie die (bezittingen) zou vragen en bij jullie zou aandringen, dan zouden jullie gierig worden en zou Hij jullie afgunst onthullen. 38. Weet dat jullie degenen zijn die opgeroepen worden om bijdragen te geven op de weg van Allāh. En onder jullie zijn er die gierig zijn, en wie gierig is: voorwaar, hij is slechts gierig ten nadele van zichzelf. En Allāh is de Behoefteloze, terwijl jullie de behoeftigen zijn. En als jullie je afwenden, dan zal Hij jullie door een ander volk vervangen, waarna zij niet als jullie zijn.
إِنَّمَا ٱلْحَيَوٰةُ ٱلدُّنْيَا لَعِبٌۭ وَلَهْوٌۭ ۚ وَإِن تُؤْمِنُوا۟ وَتَتَّقُوا۟ يُؤْتِكُمْ أُجُورَكُمْ وَلَا يَسْـَٔلْكُمْ أَمْوَٰلَكُمْ ﴿٣٦﴾ إِن يَسْـَٔلْكُمُوهَا فَيُحْفِكُمْ تَبْخَلُوا۟ وَيُخْرِجْ أَضْغَـٰنَكُمْ ﴿٣٧﴾ هَـٰٓأَنتُمْ هَـٰٓؤُلَآءِ تُدْعَوْنَ لِتُنفِقُوا۟ فِى سَبِيلِ ٱللَّهِ فَمِنكُم مَّن يَبْخَلُ ۖ وَمَن يَبْخَلْ فَإِنَّمَا يَبْخَلُ عَن نَّفْسِهِۦ ۚ وَٱللَّهُ ٱلْغَنِىُّ وَأَنتُمُ ٱلْفُقَرَآءُ ۚ وَإِن تَتَوَلَّوْا۟ يَسْتَبْدِلْ قَوْمًا غَيْرَكُمْ ثُمَّ لَا يَكُونُوٓا۟ أَمْثَـٰلَكُم ﴿٣٨﴾
NOTEER:

De Nederlandse vertaling van de Koran wordt slechts gezien als een beste poging om de correcte interpretatie van de betekenis over te brengen. Voor een oppervlakkig beeld is dit voldoende, maar voor een dieper begrip dient men de Koran zelf te raadplegen (d.w.z. het Arabisch).

LET OP: Vertaling bevat nog een aantal fouten! S.v.p. controleren en fouten mailen naar: info (apenstaartje) bijbelhoek.nl.

Abonneer op onze nieuwsbrief!