De Bijbel, Leviticus 8

Hoofdstuk: Leviticus 8

26
Ook nam hij uit de mand met de ongezuurde broden, die voor het aangezicht van de HEERE was, één ongezuurde koek, een met olie aangemaakte koek en één platte koek, en hij legde ze op de vetdelen en op de rechterachterbout.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!