De Bijbel, Jesaja 36

Hoofdstuk: Jesaja 36

11
Toen zeiden Eljakim, Sebna en Joah tegen de commandant: Spreek toch Aramees tegen uw dienaren, want dat verstaan wij. Spreek tegen ons geen Judees ten aanhoren van het volk dat op de stadsmuur is.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!