De Bijbel, Ezechiël 40

Hoofdstuk: Ezechiël 40

46
De kamer waarvan de voorkant op het noorden uitziet, is voor de priesters bestemd die hun taak ten behoeve van het altaar vervullen. Dat zijn de zonen van Zadok, die uit de Levieten tot de HEERE mogen naderen om Hem te dienen.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!