De Bijbel, 1 Samuel 26

Hoofdstuk: 1 Samuel 26

11
Moge de HEERE er geen sprake van laten zijn dat ik mijn hand sla aan de gezalfde van de HEERE. Neem echter wel de speer mee, die bij zijn hoofdeinde staat, en de waterkruik, en laten wij gaan.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!