De Bijbel, Nehemia 2

Hoofdstuk: Nehemia 2

6
Toen zei de koning tegen mij, terwijl de koningin naast hem zat: Hoelang zal uw reis duren en wanneer zult u terugkeren? Het was goed in de ogen van de koning. Hij liet mij gaan toen ik hem een bepaalde tijd opgegeven had.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!