De Bijbel, Leviticus 14

Hoofdstuk: Leviticus 14

28
En de priester moet een deel van de olie die in zijn hand is, aan de rechteroorlel strijken van hem die gereinigd wordt, aan de duim van zijn rechterhand en aan de grote teen van zijn rechtervoet, boven op dezelfde plaats als het bloed van het schuldoffer.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!