De Bijbel, Jeremia 51

Hoofdstuk: Jeremia 51

34
Nebukadrezar, de koning van Babel, heeft mij verslonden, heeft mij verpletterd, hij heeft mij neergezet als een leeg vat. Hij heeft mij verzwolgen als een zeemonster, hij heeft zijn buik gevuld met mijn lekkernijen, hij heeft mij weggespoeld.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!