De Bijbel, Jeremia 41

Hoofdstuk: Jeremia 41

9
De put nu, waarin Ismaël alle dode lichamen geworpen had van de mannen die hij aan de zijde van Gedalia doodgeslagen had, is dezelfde put die koning Asa had gemaakt vanwege Baësa, de koning van Israël. Ismaël, de zoon van Nethanja, vulde deze met de gesneuvelden.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!