De Bijbel, Jeremia 32

Hoofdstuk: Jeremia 32

30
Want de Israëlieten en de Judeeërs hebben vanaf hun jeugd alleen gedaan wat kwaad was in Mijn ogen. Ja, de Israëlieten hebben Mij alleen maar tot toorn verwekt door het werk van hun handen, spreekt de HEERE.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!