De Bijbel, Genesis 38

Hoofdstuk: Genesis 38

11
Toen zei Juda tegen Tamar, zijn schoondochter: Ga maar zolang als weduwe in het huis van je vader wonen, totdat mijn zoon Sela groot is. Hij zei namelijk: Anders zal hij ook sterven, net zoals zijn broers! Zo ging Tamar weg en ging in het huis van haar vader wonen.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!