De Bijbel, Ezechiël 28

Hoofdstuk: Ezechiël 28

13
u was in Eden, de hof van God. Allerlei edelgesteente was uw sieraad: robijn, topaas en diamant, turkoois, onyx en jaspis, saffier, smaragd, beril en goud. Het werk van uw tamboerijnen en uw fluiten was bij u. Op de dag dat u geschapen werd, waren ze gereed.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!