De Bijbel, Ezechiël 17

Hoofdstuk: Ezechiël 17

6
Toen kwam het op en het werd een wijnstok, breed uitgroeiend, laag van stam, zodat zijn takken naar de arend gericht zouden zijn, terwijl zijn wortels onder hem bleven. Zo werd hij een wijnstok. Hij kreeg ranken en liet twijgen uitlopen.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!