De Bijbel, 2 Koningen 9

Hoofdstuk: 2 Koningen 9

34
Vervolgens ging hij naar binnen en at en dronk. Toen zei hij: Zie toch om naar die vervloekte en begraaf haar; ze is immers een koningsdochter.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!