De Bijbel, 2 Koningen 4

Hoofdstuk: 2 Koningen 4

27
Toen zij bij de man Gods op de berg kwam, greep zij zijn voeten vast. Gehazi kwam echter naar voren om haar weg te duwen, maar de man Gods zei: Laat haar begaan, want haar ziel is bitter bedroefd in haar, en de HEERE heeft het voor mij verborgen en het mij niet bekendgemaakt.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!