De Bijbel, 1 Koningen 18

Hoofdstuk: 1 Koningen 18

26
Zij namen de jonge stier die hij hun had gegeven, en maakten die klaar. Ze riepen de naam van de Baäl aan, van de morgen tot de middag: O Baäl, antwoord ons! Maar er kwam geen stem en er was niemand die antwoordde. Zij sprongen tegen het altaar aan, dat men gemaakt had.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!