De Bijbel, 1 Koningen 1

Hoofdstuk: 1 Koningen 1

33
En de koning zei tegen hen: Neem de dienaren van uw heer met u mee, en laat mijn zoon Salomo op het muildier rijden dat van mij is, en laat hem naar Gihon afdalen.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!