De Bijbel, Mattheüs 6

Hoofdstuk: Mattheüs 6

7
Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden.
8
Word dan aan hen niet gelijk, want uw Vader weet wat u nodig hebt, voordat u tot Hem bidt.
9
Bidt u dan zo: Onze Vader, Die in de hemelen zijt. Uw Naam worde geheiligd.
10
Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde.
11
Geef ons heden ons dagelijks brood.
12
En vergeef ons onze schulden, zoals ook wij onze schuldenaren vergeven.
13
En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen.
← naar Bijbel index

Abonneer op onze nieuwsbrief!