De Bijbel, 1 Koningen 22
Hoofdstuk: 1 Koningen 22
1 Koningen 22 34 Toen spande een man in zijn onschuld de boog en trof de koning van Israël tussen de verbindingsstukken en het harnas. Toen zei deze tegen zijn wagenmenner: Wend de teugel en breng mij weg uit het leger, want ik ben gewond. https://www.bijbelhoek.nl/index.php/bijbel/1-koningen/22/34